Poorten Gebruikt door Remote Utilities
Poort voor directe verbinding
Om directe verbinding te gebruiken moet je de inkomende TCP-poort 5650 openen op de computer waar de Host of Agent draait.
| Module | Poort | Richting |
|---|---|---|
| Host/Agent | TCP 5650 |
Inkomend |
| Viewer | TCP 5650 |
Uitgaand |
Tijdens de installatie van de Host voegt het programma automatisch een "toestaan" regel toe aan jouw Windows-firewall op de Host-PC. Als je andere firewallsoftware gebruikt, moet je deze poort handmatig openen in de firewallinstellingen.
5650 is de standaardwaarde. Je kunt deze wijzigen in de Host netwerk instellingen. Als je de poort aan de Host-zijde hebt gewijzigd, vergeet dan niet de poort te updaten in de bijbehorende verbindingseigenschappen (het Netwerk tabblad) in het Viewer adresboek.
Internet-ID verbinding poorten
Het openen van een inkomende poort is niet nodig voor de Internet-ID verbinding. Alleen bepaalde uitgaande poorten moeten open zijn—specifieke waarden hangen af van of je verbinding maakt via onze openbare Internet-ID service of jouw zelf-gehoste RU Server.
Je kunt de poorten die door de openbare server worden gebruikt niet wijzigen. De poorten die door RU Server worden gebruikt, kunnen echter worden aangepast.
Openbare server
Remote Utilities gebruikt de uitgaande TCP-poort 5655 om te communiceren met onze openbare server. Als deze poort is geblokkeerd, probeert het programma automatisch de TCP-poort 443 te gebruiken.
| Module | Poort | Richting |
|---|---|---|
| Viewer | TCP 5655 of 443 |
Uitgaand |
| Host | TCP 5655 of 443 |
Uitgaand |